De rechtbank in Leeuwarden heeft op 17 december jl. een 41-jarige inwoonster van Drachten tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden opgelegd, alsmede een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor dezelfde duur onder oplegging van een proeftijd van 2 jaren. Volgens de rechtbank is bewezen dat cliënte in de jaren 2008 tot en met 2010 opzettelijk onjuiste informatie heeft verstrekt aan de zorgverzekeraar CZ door te verzuimen een verhuizing naar Friesland door te geven en aan te geven dat er Brabant nog zorg werd verleend aan haar kinderen. Als gevolg van de verhuizing was het mogelijk dat zij ten behoeve van de zorg aan haar kinderen ten onrechte dubbele PGB’s ontving voor beide kinderen. Het totaal bedrag dat zij ten onrechte had ontvangen was ruim € 373.000.
De rechtbank wijkt met de straf af van de eis van de officier van justitie en van het standpunt van de raadsman, mr. Evert Kuiters. Het OM eiste eerder een werkstraf van 240 uren en een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 10 maanden met een proeftijd van 3 jaren. De rechtbank is van oordeel dat de voor de rechtspraak vastgestelde oriëntatiepunten als uitgangspunt dienden te gelden op grond waarvan in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 tot 18 maanden staat voorgeschreven. Op grond van persoonlijke omstandigheden wijkt de rechtbank ten gunste van onze cliënte van deze oriëntatiepunten af, doch niet zodanig dat cliënte geen gevangenisstraf behoeft te ondergaan.
Tegen het vonnis kan binnen veertien dagen na de dag van de uitspraak hoger beroep worden ingesteld.
@TjallingvdGoot Raad voor de rechtspraak: Rechters straffen zwaarder dan 20 jaar geleden https://t.co/fTxqSprJBP (via @NUnl)